Duurzaamheid en Natuur
Help de vogels in de tuin de winter door!
Rubriek: Duurzaamheid en Natuur
Gepubliceerd:
Laatste update:
Auteur: Vogelbescherming/mijnamstelveen/Buitenleven
Heerlijk weer die sneeuw in onze tuin en omgeving. Prachtig en voor veel mensen een verzetje, maar tuinvogels hebben het best moeilijk in de vrieskou. Er zijn veel praktische tips om vogels te helpen en in uw wintertuin te krijgen.
De simpelste manier om vogels te helpen in uw tuin is voeren. Maar, elk vogeltje eet zoals het gebekt is en ze vinden niet allemaal hetzelfde voedsel lekker. Als u het leuk vindt om verschillende soorten in de tuin te krijgen, voer dan gevarieerd. Wist u dat u aan de vogelsnavel kunt zien wat zijn favoriete kostje is?
Dikke snavel bij zaadeters, zoals mussen, dunne snavel bij insecteneters, zoals de roodborst. Behalve een variatie aan zaden, is vogelpindakaas, vetbollen, vetblokken, pindacakes een prima voedselbron. In de winkel zijn speciale mengsels verkrijgbaar met meelwormen voor insecteneters zoals de roodborst of het winterkoninkje.
Naast het soort eten, hebben tuinvogels ook nog allemaal andere voorkeuren voor waar dat eten moet liggen: op de grond, hangend in een boom, onder struiken of juist in een voerhuis.
Wat eten vogels graag?
Met bijvoeren in de winter is niets mis, want het merendeel van de tuinvogels zal niet snel last van obesitas krijgen.
Bovendien blijkt uit onderzoek dat het menu van vogels voor ten minste 80% bestaat uit voedsel uit de natuur. Iedere vogelsoort heeft zijn eigen voorkeuren.
- Merels komen af op appels of peren en eten ’s winters ook krenten en broodkruimels.
- Rijpe appels of een handje bessen of rozijnen onder een afdakje is prima,
- Roodborstjes zijn gek op ongekookte havermout, zaden, meelwormen en rozijnen.
- Mussen zullen een handje zonnebloempitten niet onberoerd laten. Je maakt ze ook blij met andere zaden of (af en toe) bruin brood.
- Mezen eten graag pinda’s, een goede reden dus om in de winter pinda’s aan elkaar te rijgen.
- Vinken houden van havermout en zijn dol op beukennootjes.
- Pimpelmeesjes stappen in de winter over op noten (en pinda’s), vetbollen, zaden en vruchten.
- Koolmezen richten zich op olierijk eten, zoals beukennootjes, pinda’s of zadenmixen. Je ziet ze ook vaak afkomen op vetbollen.
- Het winterkoninkje eet buiten het seizoen bij voorkeur zaden, op een heel rustig plekje.
- De groenling maak je blij met zonnebloempitjes, pinda’s en andere zaden.
Zet ’s morgens een lage schaal met lekker vers water neer voor de vogels, om te drinken én te badderen. Dat doen ze namelijk ook midden in de winter, want zo verzorgen ze hun veren. Doe er nooit zout in, want dat is afschuwelijk ongezond voor vogels. Voeg ook nooit suiker toe, want als ze dan badderen, zitten hun veren helemaal onder een suikerplaklaagje. Vriest het goed hard en blijft het water niet open? Geen probleem, dan pikken ze sneeuw of rijp om aan vocht te komen.
Maak zelf vogelvoer
Zelf vogelvoer maken is ietsje meer werk, maar leuk om te doen en het ziet er prachtig uit! Bijvoorbeeld:
- Een pindaslinger rijgen. Maak met een prikpen of spijkertje eerst een gaatje in de pinda; dat rijgt makkelijker. Doe ook eens grote stukken appel of peer tussendoor. Of, nog gezelliger, maak een vogelfeestslinger.
- Zelf vetbollen maken. Er zijn naast de klassieke bol veel variaties mogelijk: giet het gesmolten vet bijvoorbeeld in een ouderwets kopje met een oortje dat u ophangt aan een tak of in allerlei vormen en maak zo een fantastische vogeltaart!