Nieuws

Vrijwilligerswerk blijft onmisbare kracht in de samenleving
Rubrieken: Nieuws, Maatschappij
Gepubliceerd:
Laatste update:
Bron: CBS/H
In 2024 gaf maar liefst de helft van de Nederlanders van 15 jaar en ouder aan vrijwilligerswerk te hebben gedaan. Dat blijkt uit het onderzoek Sociale samenhang en welzijn van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Een positieve ontwikkeling, want het aandeel vrijwilligers zit sinds de coronajaren weer duidelijk in de lift.
Na een flinke terugval tijdens de pandemie, waarbij in 2021 slechts 39 procent van de bevolking zich vrijwillig inzette, is het vrijwilligerswerk weer stevig terug op de maatschappelijke agenda. Met 50 procent in 2024 is het niveau bijna terug op het niveau van voor 2016.
Een brede inzet, vooral voor sport en jeugd
Vrijwilligerswerk is vooral populair bij sportverenigingen: 16 procent van de Nederlanders zet zich hiervoor in. Ook scholen, buurtinitiatieven en hobbyclubs kunnen rekenen op veel betrokken burgers. Opvallend is de stijging in het aantal vrijwilligers bij jeugdwerkorganisaties, dat weer op het niveau van vóór de pandemie ligt.

Het zijn vooral mensen die samenwonen met een partner en thuiswonende kinderen hebben die zich inzetten voor hun omgeving. Ruim 57 procent van hen doet vrijwilligerswerk, vaak op of rond school en sportvelden. Ook hoger opgeleiden (hbo of wo) zijn bovengemiddeld actief (57 procent).
Vrijwilligers maken het verschil
Hoewel stedelijke gebieden een iets lager vrijwilligerspercentage kennen dan niet-stedelijke regio’s, blijft het belang van vrijwilligers overal voelbaar. Ze vormen de stille motor achter talloze activiteiten die onze samenleving sterker, warmer en veerkrachtiger maken.
Dat mensen ook steeds vaker kiezen voor sociale hulpverlening en jeugdorganisaties, wijst op een groeiend bewustzijn van maatschappelijke betrokkenheid. Vrijwilligers bieden niet alleen hun tijd, maar ook verbinding, aandacht en zorg voor anderen – iets wat in een snel veranderende wereld van onschatbare waarde is.
Vrijwilligerswerk laat zien dat samenleven niet vanzelf gaat, maar iets is wat we samen maken. En dat is in 2024 duidelijker dan ooit.